Waar zijn we trots op.
‘Bescheidenheid siert de mens’, is zo’n typisch Nederlandse gezegde. Het voorgaande geldt misschien wel sterker voor inwoners van Achtkarspelen. Ik hoorde dat pas nog weer bij een vergadering van Plaatselijk Belang. ‘Dêr binne wy fierstente beskieden foar.’
Ik val zomaar met de deur in huis en moet nu uitleggen waar het over ging en wat de aanleiding was. Eigenlijk is het iets wat me al langer bezighoudt.
Vorig jaar spraken we in de gemeenteraad over de voetgangersbrug over het spoor in Buitenpost. Ik heb toen een vurig pleidooi gehouden over die brug. Niet dat die er komen moest want dat was al veel eerder besloten, net als wat het ongeveer kosten mocht. Het ging mij vooral om wat voor een brug. Een voetgangersbrug van de ene kant naar de andere kant? Of een brug die wat méér is. Een brug die ook van Achtkarspelen is en die wat van Achtkarspelen laat zien.
Ik heb een heel aantal suggesties gedaan en gelukkig hebben het College en de ontwerper dat opgepakt. Er zullen in de brug over het spoor allerlei afbeeldingen komen die verwijzen naar de geschiedenis en het eigene van Achtkarspelen. Ik vind dat we trots moeten en mogen zijn op onze geschiedenis, op onze voorouders, bijzondere mensen en wat ze bereikt hebben.
Ate Grijpma, onze vorige gemeentedichter, had een lofdicht over de Grietmannen (zeg maar burgemeesters) van vroeger. Waar zijn ze, waar kan ik die voor Achtkarspelen belangrijke Grietmannen zien, waar staan de standbeelden? Ze zijn er niet.
Maar niet alleen de Grietmannen, ook al die andere markante personen die ooit in Achtkarspelen gewoond hebben of die daar bekende figuren waren, waar nog altijd de verhalen over bestaan. De ‘wrotters’ die wisten te overleven in het ruige en armoedige land dat Achtkarspelen ooit was. Waar zijn hun namen, waar zijn hun standbeelden.
Ze zijn er (bijna)niet.
Ik wil een standbeeld voor de man die achterstevoren op z’ n fiets over de brugleuning kon rijden, Aan “Rus” Nicolai.
Een standbeeld voor de scheepsbouwers. Een standbeeld voor de oude turfgravers en beurtschippers. Een standbeeld voor de mollenvangers en bunzingjagers, voor mannen en vrouwen.
Inspiratie vanuit bijzondere oude gebouwen voor nieuwbouw van wooncomplexen of scholen, er is al zoveel afgebroken en vernield.
Ik wil een Achtkarspelen dat laat zien dat het trots is op z’n voorvaderen, op z’n geschiedenis en op z’n landschap. En dat trots is op wat het vandaag de dag presteert. Trots op z’n ambachtelijke, (h)eerlijke lokale producten.
Weg met de oubolligheden als ‘Buitenpost da’s pas binnenkomen’ of, nog erger, ‘Surhuisterveen zo gezellig is er maar een’.
Waar zijn we trots op, hoe gaan we dat laten zien, aan onszelf en aan onze bezoekers. Weg met de verlammende bescheidenheid. Trots en fier.