Goed, ze doen dus mee. Aan de raadsverkiezingen in Achtkarspelen. Ze doen mee. De PVV. Leeuwarden niet gelukt, Ooststellingwerf niet gelukt, Weststellingwerf niet gelukt, maar Achtkarspelen wel gelukt. Op ons stembiljet staat in maart een ‘lijst PVV’.
En dat voelt dan dus toch alsof wij iets verkeerd hebben gedaan! Natuurlijk, ik ken ook allerlei analyses dat een verdere versplintering op rechts de PvdA geen windeieren zal leggen, zal allemaal wel, maar voorlopig schat de PVV in dat ze in Achtkarspelen voldoende steun zullen krijgen om hun intrede in de raad te doen. En ik denk dat ze gelijk hebben. Vast en zeker, en nogmaals, dat voelt alsof wij iets verkeerd hebben gedaan. Wij zijn een linkse partij, een progressieve partij, een partij die vindt dat de toekomst een kans moet zijn voor iedereen. Een kans, een mogelijkheid, iets om plannen te maken, over te dromen, naar toe te werken, ambities te hebben, jezelf te ontwikkelen. Een kans dus. En voor iedereen. Echt, voor ons allemaal. Oud en jong, rijk en arm, hoog- en laag opgeleid. En dus ook voor mensen met een beperking, voor mensen die hun baan kwijt zijn geraakt, mensen met privé problemen, mensen die pech hebben gehad. De toekomst is een kans, voor iedereen. Zo moet de samenleving eruit zien, dat willen wij, daar vechten we al zeventig jaar voor als PvdA in Achtkarspelen.
Maar je kunt de toekomt natuurlijk ook als een bedreiging zien. Dan word je achterdochtig, bang, dan verlang je naar de wereld van gisteren. En natuurlijk, we hebben ook best veel te verliezen. En de wereld verandert zo vreselijk snel dat het soms nauwelijks bij te houden is. En inderdaad verzucht je dan wel ‘ns dat het vroeger allemaal wat overzichtelijker was. Het zou zomaar kunnen dat iemand je dan hoort mompelen: “Waar gaat dat allemaal naar toe…”. Want je zou er bang van worden, van die toekomst… En dat hebben we dus kennelijk laten gebeuren. Na zeventig jaar slagen we er onvoldoende in om de mensen van Achtkarspelen, nazaten van hen die ooit de weerbarstige zandgronden ontgonnen, die een schamel bestaan vonden op de heidevelden, die de veenmoerassen droog legden, die mensen wier voorouders strijd geleverd hebben tegen al het onrecht dat hen werd aangedaan en die die strijd gewonnen hebben(!), ervan te overtuigen dat de toekomst van hen en hun kinderen prachtig kan zijn. Dat deze een kans is. Nee, het voelt echt alsof we het niet goed hebben gedaan, want was dat wel zo geweest dan hadden de angst, de achterdocht en de boosheid hier niet zo nadrukkelijk wortel kunnen schieten.
De PVV in de raad, want dat zal er wel van komen. En toch, toch is het zo dat als die boosheid er is dan wil ik er mee in gesprek ook. In de raadszaal. Want ik ben natuurlijk ook niet gisteren uit een ei gekropen. Ik weet echt wel hoe er gepraat wordt aan de bittertafel, tijdens de buurbarbecue of aan de rand van het schoolplein. Natuurlijk, er wordt wat afgemopperd. En dat zijn niet ‘de anderen’ die dat doen, nee, dat zijn onze mensen. En als het daar gebeurt, dan moet het inderdaad ook in de raadszaal gebeuren. Dat is de democratie waar wij voor staan. Ergens vind ik nog dat de PVV gelijk heeft ook. Ik gok zomaar dat ik het met het gros van hun standpunten oneens zal zijn (nog geen verkiezingsprogramma van ze beschikbaar), maar dat betekent dus niet dat ze dat niet mogen zeggen, dat ze die standpunten niet naar voren mogen brengen. Dat ze hun lijst niet bekend durven maken uit angst dat de mensen die daarop staan daarvan heel nare gevolgen ondervinden, dat zijzelf en hun bezittingen niet meer veilig zouden zijn, is erg, heel erg. Dat gun je niemand, dat mag niet, absoluut niet. Elke vorm van geweld, fysiek, materieel, verbaal of anderszins is hier volstrekt verwerpelijk.
En los daarvan, het is nog niet eens nodig ook. Want behalve dat wat vage vervelende schuldgevoel is er ook zelfvertrouwen. En volgens mij terecht! Een vogel die op een tak zit vraagt zich niet af of die tak het wel houdt, de vraag is zelfs volledig irrelevant voor hem. Hij vertrouwt immers op de kracht van z’n vleugels. En zo moet het ons ook vergaan. De PVV in de raad is niet het einde van de raad, niet het einde van de democratie en niet het einde van Achtkarspelen. Daar hoeven we ons geen zorgen over te maken. Want wij vertrouwen op datgene waar we goed in zijn, op het publieke debat, op de kracht van onze argumenten, op de indrukwekkende prestaties die wij in de sociale strijd in deze streek, juist hier, hebben geleverd. Dat zijn onze vleugels, daar vertrouwen we op. En we leren hiervan dat we dat nog beter moeten doen, nog beter, nog beter. Want de toekomst is geen bedreiging, echt niet. De toekomst is een kans, een kans voor iedereen. En wij hebben laten zien dat we weten hoe we dat moeten bewerkstelligen. Al zeventig jaar lang.
We gaan het hem uitleggen. Of haar. Of hen. Of wie de PVV dan ook maar gaat vertegenwoordigen in de raad van Achtkarspelen. We gaan het hem, haar of hen uitleggen. Dat de toekomst wel een kans is. Voor iedereen!
Sjon Stellinga