In de politiek van Achtkarspelen voel ik me soms een veteraan en soms de jongste bediende. En niet helemaal onterecht natuurlijk. In zekere zin ben ik ook een veteraan want ik was er lang geleden al bij, maar in andere opzichten kom ik pas net kijken omdat het nog maar ruim een jaar geleden is dat ik weer politiek actief werd in deze gemeente. Vanuit die eerste rol heb ik nog wel ‘ns heimwee naar ‘De Politieke Donderdag’. Een tien jaar geleden geboren concept omdat wij toen constateerden dat het raadslidmaatschap teveel tijd ging kosten. De consequentie daarvan was onontkoombaar dat het een bezigheid werd voor gepensioneerden en andere mensen met erg veel tijd. ‘Gewone’ mensen die overdag moesten werken voor hun brood of voor hun kinderen wilden zorgen konden de functie van volksvertegenwoordiger niet of nauwelijks combineren met hun andere bezigheden. Toen het zover was gekomen dat potentieel veelbelovende raadsleden om die reden bedankten voor de eer moest er -zo vonden wij- iets gebeuren. (‘Wij’ betekent in dit geval overigens niet alleen de PvdA, geloof dat alle partijen er toen erg mee bezig waren). Allereerst verminderden we het aantal raadsvergaderingen, van eens per twee weken naar eens per drie weken, steevast op donderdag. Tussen de ene raadsvergadering en de daaropvolgende had je dus twee donderdagen over. Eén van die twee werd -uiteraard- gevuld met de respectievelijke fractievergaderingen. Resteerde nog eentje. En daarin zouden dan alle specialistenbijeenkomsten, commissies, scholingsmomenten etc. plaatsvinden. Het gemeentehuis zou op zo’n avond een bijenkorf zijn, waarin de diverse politici (raad, schaduwfracties, bestuur, geïnteresseerden of wie dan ook) heen en weer liepen, overlegden, koffie dronken en anderszins politiek bedreven. Omdat we aan zagen komen dat het allemaal net niet zou passen besloten we de politieke donderdag niet om half acht ’s avonds maar om vier uur ’s middags te laten beginnen. Dat achtten wij verantwoord omdat je tenslotte een bescheiden vergoeding krijgt voor het raadslidmaatschap, wanneer dat betekende dat je per week een paar uur minder kon werken in een gewone baan dan was dat niet teveel gevraagd. Iedereen juichte dit toe en dus werd die vier uur ook opgenomen in het reglement van orde (staat er trouwens nog steeds in). Een prachtig idee, een geweldig concept, raadsleden en hun partner wisten nu dat ze op donderdag nooit privé afspraken konden maken maar gedurende de rest van de week wel. En het werkte. Het liep allemaal als een trein!
Tot zover de veteraan. Nu de jongste bediende. Dat van die eens in de drie weken raad en fractie is nog steeds het geval. Maar die derde donderdag bestaat niet meer zoals bedoeld. Die is ingenomen door het zogenaamde ‘informatiecarrousel’. En daarmee is het probleem van toen weer helemaal terug. Raadsleden krijgen uitnodigingen voor maandag, worden geacht op dinsdag te verschijnen, bijeenkomsten zijn op woensdag gepland en regionaal gebeurt er nogal ‘ns iets op vrijdag. Maar wat is nu eigenlijk dat geheimzinnige ‘informatiecarrousel’ dat dit afdwingt? Het is een -in mijn ogen- wat curieus fenomeen, een soort namaak-raad waarin ambtenaren de rol van het college innemen. Juist omdat dit wat raar is mogen daar alleen technische vragen worden gesteld, de politieke vragen blijven voorbehouden aan het ‘echte’ college. De nieuwkomer in mij heeft zich wel ‘ns hardop afgevraagd hoe iemand dit ooit heeft kunnen verzinnen. Precies weet ik het ook niet maar er werd gefluisterd dat dit idee uit de koker van de ambtelijke staf kwam omdat deze ontevreden was over de manier waarop het toenmalige college de raad informeerde. Anderen zeiden dat het juist het college was dat van dat detail-geneuzel verlost wilde zijn. En tot slot waren er mensen die aangaven dat het de raad zelf was die meer achtergrondinformatie wilde. Hoe het zij en wat de aanleiding ook moge zijn geweest, het is een bestuurlijke noodoplossing. Een noodoplossing die misschien niet meer nodig is wanneer het vertrouwen in het huidige college groot genoeg is. En wat mij betreft is dat het geval! En wat zou dat dan een ruimte scheppen. Ruimte om alle overleggen, bijeenkomsten en vergaderingetjes weer op donderdag te organiseren. Ruimte zodat het raadslidmaatschap ook weer interessant wordt voor mensen met een drukke baan, met een gezin dat op de eerste plaats komt en met een sociale omgeving die de aandacht krijgt die vrienden, familie en buren nu eenmaal verdienen. Voor normale mensen dus.
En echt, tien jaar geleden werkte het. Maar goed, dat was de veteraan dus weer…