Het zijn financieel moeilijke tijden voor de gemeente Achtkarspelen. Naar eigen zeggen is ze door de nood gedwongen bezig met ingrijpend snoeiwerk in haar begroting. Een slachtoffer is het sociaal-cultureel werk. Wethouder Jonker zegt erover in de Feanster: “Het sociaal cultureel werk, daar gaan we afscheid van nemen. Dat kunnen we niet meer betalen”. De overlijdensakte is bijna getekend.
Dan een ander persmoment. De gemeente tekent een sportakkoord met Tytsjerksteradiel. Kek plaatje, een fraaie kreet erbij. Het kost wel een paar centen, maar dat mag want het is belangrijk. Dat klopt natuurlijk want sport draagt bij in de gezondheid. We weten ook dat sportclubs het door Corona zwaar hebben. Begrijpelijk dat de huur van sportaccomodaties niet worden geïnd. Ook als PvdA kunnen we daar achter staan, denk ik.
Maar beide typeren wel de houding en het gedachtegoed van het college. Schaduw-fractielid Hink Speulman heeft hier eerder geschreven over de fascinatie van het gemeentebestuur voor sport en nìet met sociaal-cultureel werk. Het college klaagt zelfs over de onzichtbaarheid van het resultaat van het laatste. Dus wat is het nut? Inderdaad, het vraagt een scherp oog, interesse, geduld en besef van ons kwetsbare maatschappelijke netwerk om het te kunnen zien en waarderen.
Want sociaal-cultureel werk is het versterken van de dunne draadjes die de samenleving verbinden. En sociaal-cultureel werk is het poetsen van het dunne laagje vernis dat onze beschaving heet. Niettemin, in de woorden van Jonker: “Maar je moet meer vragen aan de mienskip. Je moet vragen om mee te doen”. In die filosofie mag de burger het zelf bedenken, doen en betalen. En mag het het gemeentelijk apparaat vooral niets kosten.
Het Nut is een vereniging met pensioen. Ontstaan uit liberaal-vrijzinnig gedachtegoed heeft het veel bijgedragen aan de emancipatie van de gewone man. Ook aan het ontstaan van de SDAP en de latere PvdA. ‘Verheffing door opvoeding en ontspanning’, heette het wat ze deed. In die zin sluit het naadloos aan op veel van wat sociaal-cultureel werk wil doen. In de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw werd Het Nut door een steeds meer maatschappelijk actieve overheid overbodig. Ze had haar taak vervuld, de weg naar een betere toekomst voor iedereen lag immers open.
Ik denk dat het steeds duidelijker wordt dat we een op een weg terug zijn. Simplistische denkbeelden waarvan we hadden gehoopt ermee afgerekend te hebben, mogen en kunnen weer. Net als in het verleden steunt het opnieuw op de onwetendheid en apathie van velen. En wordt het goed gepraat met dezelfde loze praatjes waarmee de elite eeuwenlang de niet-elite in haar greep kon houden. Daar maakte Het Nut een begin met het verschil. Iedereen is belangrijk en iedereen kan met de juiste middelen bijdragen in een betere samenleving. Dat is nu het nut van sociaal-cultureel werk. Misschien hebben we Het Nut nog een keer nodig om ons eraan te herinneren.
Johan Kootstra, PvdA-lid en oud-bestuurslid SCW It Koartling Buitenpost